Toon items op tag: Franse gendarmerie
De Alpine A110 en de Franse Gendarmerie – toen en nu
Als de Gendarmerie snel moet reageren op een ongeval op een Franse autoroute, is een snelle auto een must. Daarom heeft de Gendarmerie 26 exemplaren van de Alpine A110 besteld ter vervanging van de huidige Renault Mégane R.S. dienstauto’s. Squadronleider Richard Filmotte – curator van het nationale Gendarmerie-museum – legt uit hoe de bestelling van de auto’s nieuw leven blaast in een meer dan 50-jarige relatie tussen de Gendarmes en de iconische berlinette.
Voor een hele generatie Franse automobilisten riep het zien van een blauwe Renault 4 of Renault Estafette in de achteruitkijkspiegel direct de vraag op: heb ik iets verkeerd gedaan? Decennialang vertolkten deze modellen de aanwezigheid van de Gendarmerie op de Franse wegen. Toen het snelwegennet zich in de jaren zestig verder uitbreidde, had de organisatie echter auto’s nodig die meer dan 200 km/u konden rijden.
Een speciale auto voor een specifieke missie
“Toen de Gendarmerie moest patrouilleren op de Franse autoroutes werd het belang van snelle interventieteams steeds duidelijker”, zegt Filmotte. “Tegelijkertijd zorgde de oprichting van een speciaal team met snelle auto’s voor een modern, hightech imago voor de Gendarmerie. Dat werd versterkt toen we in 1967 de Alpine A110 in gebruik namen.”
Films en populaire legendes hebben ervoor gezorgd dat velen het idee hebben dat het werk van de Gendarmerie vooral bestaat uit snelle achtervolgingen, maar eigenlijk zijn die best zeldzaam. Filmotte: “We hebben andere manieren om te hard rijdende automobilsten staande te houden. De kerntaak van onze snelle interventieteams is om weggebruikers te beschermen door snel te reageren bij een incident. Dat vraagt om krachtige auto’s die snel ter plaatse kunnen zijn.”
Specifieke rijopleiding
Voor de teams van deze auto’s geldt een nauwgezet wervingsproces. “Ze moeten een uitgebreid medisch onderzoek ondergaan en hun rijvaardigheid wordt geëvalueerd op een circuit”, legt Filmotte uit. De geselecteerden krijgen een speciale training op het Le Mans-Bugatti-circuit. Het doel is dat zij zich één voelen met de auto, zodat ze zich volledig op hun missie kunnen focussen. ”Anticipatie is essentieel en de auto moet een hulpmiddel zijn dat hun daartoe in staat stelt.”
Na de beroemde berlinette stapte de organisatie over naar een ander Alpine-model, de A310. Die was in dienst van 1973 tot 1987. Later beschikte de Gendarmerie over de GTA, maar die is nooit ingezet op de autoroutes. De modellen van Renault Group die bij de Gendarmerie in dienst waren, variëren van de Renault 18 Turbo (1984 tot 1987) tot de Renault 21 2.0 Turbo (1992-1995), Renault Mégane IDE (2001-2006) en de meer recente Renault Mégane R.S. (2011-2021). In het museum van Richard Filmotte, in Melun ten zuiden van Parijs, zijn al deze auto’s te zien.
Een nieuwe missie voor de A110
Nu is het aan de nieuwste Alpine A110 om in de bandensporen van zijn illustere voorgangers te reden. Afgelopen oktober maakte Renault Group bekend dat het de aanbesteding van een paar maanden eerder heeft gewonnen.
Het model wist zich te onderscheiden met de prestaties en de nauwkeurige handling van het onderstel, evenals de 252 pk sterke motor. In plaats van het vertrouwde metallic blauw dragen de nieuwe patrouillewagens de donkerdere kleur Bleu Abysse. “Het is alweer een aantal jaar geleden dat onze auto’s in de traditionele kleur van de Gendarmerie werden uitgevoerd”, zegt Richard Filmotte. “Om kosten te besparen, kiezen we uit de catalogus van de fabrikant de kleur die het dichtst in de buurt komt.”
Na de assemblage in het Franse Dieppe worden de 26 exemplaren van de Alpine A110 overhandigd aan het specialistische bedrijf Durisotti. In Sallaumines, vlakbij Lille, worden de auto’s voorzien van onder andere zwaailichten, sirenes en verlichte matrixborden om meldingen zoals ‘stop’ en ‘volgen’ te tonen. Uiteraard krijgen de auto’s ook de kenmerkende Gendarmerie-bestickering en -markeringen.
De komende jaren zal een van de exemplaren ongetwijfeld terechtkomen bij zijn voorgangers in Melun, waar Richard Filmotte ze koestert met dezelfde aandacht die hij besteed aan de Alpine A310 waarmee hij zelf mocht rijden tijdens zijn carrière.